Mag ik je meenemen in een zoektocht? Dat doe ik door iets neer te zetten dat in alle scherpte op mij af kwam, in een wisselwerking tussen pastorale counseling en een Bijbelstudie. Lees onderstaande tekst niet bedoeld als een veroordeling over je worsteling met pornografie of seksverslaving. Probeer vooral te zien hoe belangrijk het is dat je de negatieve spiraal door de kracht van Heilige Geest weet te doorbreken. En onthoud: God kijkt in liefde en genade naar jou, hoe dan ook!
Ons lichaam is er voor de Heer
Eerder dit jaar had ik een gesprek met iemand die zijn seksuele verleden met mij wilde doorbidden. Hij had niet alleen een probleem met pornografie, maar had ook meermalen een prostituee bezocht. Nu bid ik deze thema’s wel vaker door met mensen, maar in dit gesprek gebeurde er iets bijzonders.
Ik las met hem 1 Korintiërs 6:12-20, waar Paulus nog eens uit de doeken doet dat prostitutiebezoek not done is voor een gelovige. Sommige Korintiërs hadden daar geen problemen mee, want vanuit hun Griekse achtergrond hadden ze een lage waardering voor het lichaam. Dat leidde er bij sommigen toe dat ze het huwelijk en de seksuele omgang verwierpen, want ‘dat is allemaal van dit aardse leven’ (lees dan hierover Paulus richtlijnen in 1 Kor. 7:3-5 en 1 Tim. 4:1-5). Anderen zagen hier juist een vrijbrief om prostitutiebezoek normaal te vinden, want ‘ons lichaam doet er toch niet toe’, het gaat om de geest die zich verenigt met Christus. Dit alles is voor Paulus aanleiding om nog eens uit te leggen dat ons lichaam er voor de Heer is en straks voor de opstanding waarin we een verheerlijkt lichaam zullen ontvangen.
“Ineens landde het besef: seksuele zonden raken niet alleen ons eigen lichaam, maar ook het lichaam van Christus.”
Ons lichaam is deel van het brede lichaam van Christus, Zijn gemeente
In 1 Korintiërs 6 is er een opvallend zinnetje: ‘Weet u niet dat uw lichaam een deel is van het lichaam van Christus? Zouden we dan van de delen van zijn lichaam de lichaamsdelen van een hoer maken? Dat nooit!’ (vers 15). Dit zinnetje kwam binnen bij de man die ik in mijn kamertje had. Want ineens landde het besef dat seksuele zonden niet alleen ons eigen lichaam raken, maar ook het lichaam van Christus. Bij mijzelf brak dat besef ook dieper door. En toen ik daar naderhand nog eens op door ging denken en studeren, werd het me nog duidelijker. Alleen al door het woordgebruik van Paulus:
- ‘leden/lichaamsdelen’ (lid, ‘melos’, vers 15) en
- lichaam (’sooma’, vers 13, 15, 16, 18, 19, 20).
Exact dezelfde woorden keren terug in 1 Korintiërs 12:12-27, als het gaat om het lichaam van Christus en zijn vele leden waarbij ieder met zijn eigen gaven een bijdrage heeft.
Ons lichaam is een tempel, de gemeente ook
Bovendien, in 1 Korintiërs 6:19 noemt Paulus ons lichaam een tempel van de Heilige Geest die in ons woont. Eerder, in 1 Korintiërs 3:9, 16-17 is het de gemeente van Christus als geheel die een tempel van God is waar de Geest van God woont (vgl. ook Ef. 2:21-22). Ook hier zie je dus dat het lichaam van de individuele gelovige en het collectieve lichaam van Christus, de gemeente, nauw met elkaar samenhangen. En dat seksuele zonden niet alleen het eigen lichaam raken, zoals Paulus dat in vers 18 zegt (“wie ontucht pleegt, zondigt tegen het eigen lichaam” – een lichaam dat voor opstanding en verheerlijking bestemd is), maar ergens dus ook het collectieve – gezamenlijke – lichaam van Christus. Dit verklaart direct ook de stevige tuchtmaatregel die Paulus toepast in 1 Korintiërs 5:1-13. Daar betreft het volgens zo goed als alle Bijbeluitleggers iemand die een seksuele relatie met zijn stiefmoeder heeft, ook al is het onduidelijk of de vader in kwestie nog leeft of al overleden is.
“In onze dagen zou je dat kunnen toepassen op het veelvuldig consumeren van pornografie, in de meeste gevallen online.”
Zondigen tegen het lichaam hakt er diep in…
Paulus past bovenstaande gedachtegang – dat seksuele zonden het hele lichaam van Christus raken – toe op het prostitutiebezoek dat in Korinthe aan de orde is. In onze dagen zou je dat kunnen toepassen op het veelvuldig consumeren van pornografie, in de meeste gevallen online. Het is een vorm van virtueel overspel, waarbij gebruikgemaakt wordt van vrouwen en mannen die zich virtueel prostitueren. Zondigen tegen het lichaam… het zette me aan het denken, niet alleen inzake pornografie, prostitutiebezoek of wisselende contacten, maar feitelijk als het gaat om alle seksuele zonden die tegen Gods scheppingsorde ingaan.
Conclusie
We hebben alle reden om afstand te nemen van zondige, destructieve of onvruchtbare seksuele praktijken of gewoontes. Dat kan een hele worsteling zijn en niet zelden heb je daar begeleiding bij nodig. Maar alles is beter dan in het porno-riool te blijven ronddobberen. Ons lichaam is een tempel van de Heilige Geest!